

Op 7 september 2014 nam ik deel aan een belevenistour door de gids Ingrid Maan, schrijfster van het boek "Weggemoffeld" waarin de verhalen van de Duitse veteranen worden opgetekend, aangevuld met hun levensgeschiedenis.Zij gaf ons een rondleiding door de stad Arnhem waarbij werd uitgegaan van de Duitse kant van de Slag om Arnhem. Bewust is gekozen voor de term 'belevenistour' aangezien niet het verloop van de krijgsverrichtingen centraal stond, maar verhalen van Duitse veteranen die in Arnhem vochten. Zij heeft Duitse veteranen geïnterviewd en aan de hand van hun verhalen deze tour georganiseerd.

📚 Weggemoffeld! is een indrukwekkend boek van Ingrid Maan, waarin ze de levensverhalen van Duitse oorlogsveteranen vastlegt. De verbindende factor is de Slag om Arnhem, maar het boek gaat veel verder dan dat.
🕰️ Wat kun je verwachten?
• Diepgaande interviews met veteranen van zowel het west- als oostfront
• Verhalen over krijgsgevangenschap, terugkeer naar huis en de impact van de oorlog op hun leven
• Reflecties op hun jeugd, opvoeding en keuzes tijdens de oorlog
• Een raamvertelling over het interviewproject zelf, inclusief de dilemma’s en emoties die daarbij kwamen kijken
👥 Wie komen aan het woord?
Veteranen zoals Otto Litzner, Bernd Honermann en anderen delen hun persoonlijke ervaringen. Sommigen waren lid van de Wehrmacht, anderen van de SS, en hun verhalen zijn rauw, eerlijk en soms confronterend.

We begonnen de belevenistour in het Informatiecentrum Slag om Arnhem onderaan de John Frostbrug met een korte presentatie over de Slag om Arnhem. Dat begon met de Britse landing in de heide bij Oosterbeek en eindigde met de strijd in de perimeter van Oosterbeek en evacuatie over de Rijn.

Vervolgens gingen we naar de John Frostbrug, het hoofddoel van Operatie Market Garden

Airborneplein: Een plek van herinnering
Het Airborneplein ligt in het centrum van Arnhem en staat bekend als een belangrijke gedenklocatie die herinnert aan de Slag om Arnhem tijdens Operatie Market Garden in september 1944. Het plein bevat het Airborne Monument, dat eer betoont aan de Britse 1st Airborne Division en andere geallieerde troepen die vochten voor de bevrijding van Nederland.

📍 Wat maakt deze plek bijzonder?
• Het plein wordt in de volksmond ook wel de “Berenkuil” genoemd vanwege de ronde vorm en ligging.
• Elk jaar in september vindt hier de Airborne Herdenking plaats, waar veteranen, nabestaanden en burgers samenkomen om respect te tonen.
• Het monument bestaat uit een beeldhouwwerk en plaquette met inscripties ter nagedachtenis aan de soldaten die hun leven gaven.

Duitse soldaten in Arnhem



Hoewel de landing van de Britse parachutisten bij Arnhem vrij onverwacht kwam, reageerden de Duitsers toch heel snel. De parachutisten van de 1e Britse Airborne Divisie moesten de brug over de Rijn bij Arnhem veroveren. De Duitsers verzamelden manschappen en materieel en deden vervolgens een aanval op de brug vanuit het westen en tenslotte volgde er een aanval vanuit het oosten.

In de film A Bridge Too Far wordt de strijd om de Rijnbrug in Arnhem dramatisch in beeld gebracht, inclusief de confrontaties met Duitse pantservoertuigen, waaronder die van de 12e SS Pantserdivisie. Hoewel de film artistieke vrijheid neemt, zijn er scènes die deze intense gevechten illustreren.

Centraal tijdens deze belevenistour stonden de verhalen van Horst Weber. De 18-jarige Horst Weber maakte tijdens de Slag om Arnhem zijn eerste gevecht mee als soldaat in het 21. SS-Panzergrenadier Regiment. Deze foto dateert uit 1943 toen hij als 17-jarige in Brünn werd opgeleid als SS-soldaat.
Horst Weber was 19 jaar oud toen hij werd ingezet tegen de Britten tijdens Market Garden. Hij heeft hard gevochten en medailles behaald. Terugkijkend voelt hij zich toch vooral genaaid door het regime en de Führer. Hij geloofde alles en het bleek op onzin gebaseerd te zijn. Het dilemma: de mooiste jaren van je leven zijn je afgenomen door een stelletje idioten, waarin iedereen geloofde. Dat wel.


Onze groep bij het Duivelshuis, toendertijd gemeentehuis van Arnhem


Details van het Duivelshuis

Rechts het Duivelshuis en links de Eusebius. Persoonlijk vind ik het maar een vervelende naam voor zo'n historisch pand, maar het heet nu eenmaal zo.

Deze foto werd getoond van het Duivelshuis in het verwoeste Arnhem.


Onze gids toonde ons foto's van Horst Weber in 1944 en nu. Tevens een overzichtskaart van de omgeving van de brug en het Duivelshuis in de verwoeste binnenstad van Arnhem.
De Eusebiuskerk en het Duivelshuis zijn na de oorlog weer volledig gerestaureerd.


Horst Weber was Rottenführer bij het 1ste Bataillon van het 21. SS-Panzergrenadier Regiment. Dit regiment maakte deel uit van de 10. SS-Panzer-Division “Frundsberg”, een ervaren Duitse pantsereenheid die in Frankrijk zware verliezen had geleden en minder dan 3.500 van de oorspronkelijk 15.000 manschappen over had. De meeste officieren van de divisie waren gedood, gewond of gevangengenomen. De eenheden waren uiteengeslagen in losse Kampfgruppen die ongeorganiseerd naar Nederland waren teruggetrokken. Daar zouden nieuwe rekruten, wapens en materieel uit Duitsland worden aangevoerd, om de divisie weer op te bouwen. Enkele dagen voor de Slag om Arnhem waren enkele dozijnen soldaten van een kompagnie van het 1ste Bataillon van het 21ste SS-Panzergrenadier Regiment ondergebracht in Diepenveen. Van het 1ste Bataillon waren ongeveer tachtig man overgebleven, waarvan een deel dus in Diepenveen zelf lag en de rest in de omgeving van die plaats. Een van hen was de 18-jarige panzergrenadier Horst Weber. Hij had tot dusver nog niet deelgenomen aan de strijd. Wel was hij al in juli vanuit de Duitse legerbasis Brünn met anderen daarvandaan naar Frankrijk gestuurd. Na de vernietiging van de Frundsberg divisie aldaar was hij met andere manschappen onder leiding van Karl Stroppe in 2 treinwagons teruggereden naar Nederland. Onderweg veel stilgestaan door permanente beschietingen vanuit geallieerde vliegtuigen. Over wapens beschikten Weber en zijn jeugdige kameraden niet.

Horst Weber na de Slag om Arnhem op de officiersschool in Praag, december 1944
Weber was oorlogsvrijwilliger die hield van avontuur. Hij volgde zijn opleiding aan een napola school, waar politieke leiders opgeleid worden. Hij wilde graag bevorderd worden, maar miste frontervaring. In de zomer van 1944 is hij in Normandië met de Waffen SS divisie Frundsberg. In Arnhem werd hij verantwoordelijk voor het gebied westelijk van de oprit naar de verkeersbrug, vanaf de Eusebiuskerk tot aan de Walburgiskerk en naar beneden toe tot aan het prinsenhof, waar toen het huis van bewaring stond. Tijdens de gevechten in Arnhem maakt Horst weber Britse krijgsgevangenen en brengt ze onder in het Duivelshuis. Tegelijkertijd ontstaan er hevige gevechten bij de brug en tientallen gewonden worden er bij hem naar binnen gebracht. Middelen om de gewonden te verzorgen waren er niet. Onder de gevangenen bevindt zich een Britse legerarts, Captain Logan. Met hem sluit Weber vriendschap. Wanneer tijdens een gevechtspauze de gewonden worden weggebracht spreken ze af elkaar weer te zien in Londen.
De kameraden van Weber werden voortdurend bestookt door de Engelsen die vanachter de muur van het huis van bewaring op hen schoten. Die gevangenis werd veroverd door Hans Georg Eberle, van de 10e SS Panzer Division Frundsberg. We horen het verhaal van Eberle, die aanvankelijk, als hij op 17 september 1944 in Arnhem arriveert, nog van niets weet over een naderend oorlogsgeweld, maar een uur later al betrokken is bij huis-aan-huis gevechten met Britse parachutisten bij de verkeersbrug van Arnhem.

Hier luisteren we op de trappen van het Paleis van Justitie aan het Walburgplein naar het verhaal van ons gids over Horst Weber en Hans-Georg Eberle.
Musis Sacrum


In de oorlog was het Musis Sacrum een onderkomen voor Duitse militairen, die zich daar konden vermaken.
Deze foto van het Musis Sacrum maakte ik op 7 september 2014.
Seys Inquart in het Musis Sacrum, 31 oktober 1943


Rijkscommissaris Seys Inquart arriveert bij Musis Sacrum op 31 oktober 1943 voor het bijwonen van de derde „Jahrestag des Arbeitsbereiches der NSDAP in den Niederlande"
Het 19e eeuwse Arnhemse concertgebouw Musis Sacrum werd al enkele maanden na het begin van de bezetting tot Wehrmachtsheim verklaard. Het werd primair een recreatieruimte voor Duitse soldaten en er werden onder meer films vertoond en diverse optredens en voorstellingen voor de soldaten geregeld. Burgers konden er niet makkelijk meer binnenkomen.
Behalve als recreatiegebouw voor militairen werd Musis Sacrum in de oorlogsjaren ook voor andere doeleinden gebruikt. Zo werd op zaterdagavond 31 januari 1942 een concert gegeven ten bate van de Winterhulpactie. Deze inzameling was bedoeld om “behoeftige Nederlanders” financieel te ondersteunen. De Duitse bezetters wilden met dit gebaar tonen dat ze uitsluitend goede bedoelingen hadden en dat het geen nationaal-socialistisch initiatief betrof. Veel Nederlanders hadden echter al snel door dat die bewering niet waar was; er zaten veel prominente NSB’ers in het landelijke erecomité. De inzamelingsacties en benefietconcerten voor de Winterhulp werden dan ook nauwelijks bezocht en leverden vrijwel niets op. Affiches voor de Winterhulp werden beklad of verscheurd als vorm van protest. De schamele opbrengst van de actie werd gebruikt voor oorlogsdoeleinden en niet voor arme Nederlanders.
Het pand diende ook als locatie voor bijeenkomsten van de Nationaal Socialistische Beweging (NSB). De lokale afdeling van deze pro-Duitse partij vergaderde regelmatig in Musis Sacrum en was erg ingenomen met de komst van de Rijkscommissaris in Nederland, dr. Arthur Seyss-Inquart, op de derde “Jahrestag des Arbeitsbereiches der NSDAP in den Niederlanden” in Arnhem op 31 oktober 1943. De Sudeten-Duitser Seyss-Inquart, die door Hitler op 19 mei 1940 was aangesteld als de hoogste civiele gezagsdrager in Nederland, hield daarbij een toespraak in de concertzaal. Hij was als “Rijksduitser” afkomstig uit de Sudeten in Tsjecho-Slowakije, dat door Duitsland al in 1938 bij het Derde Rijk was gevoegd.
Musis Sacrum tijdens de Slag om Arnhem

Tijdens de voorbereidingen voor Operatie Market Garden in september 1944 werd Musis Sacrum uitgekozen als toekomstig hoofdkwartier voor de 1st Parachute Brigade van de Britse 1st Airborne Division. De Britse opmars van de landingsterreinen bij Heelsum richting de Arnhemse verkeersbrug op 17 september verliep echter langzamer en minder vlot dan gepland. Alleen het brigadehoofdkwartier, enkele geniedetachementen, het grootste deel van het 2nd Parachute Battalion en enige kleine eenheden wisten in de avond en nacht de Rijnbrug te bereiken.
In afwachting van de aankomst van het overige deel van de brigade werd daarom tijdelijk het gebouw van Rijkswaterstaat aan de Eusebiusbinnensingel uitgekozen als commandopost. De verwachte versterkingen bleven echter uit en de Duitse tegenaanvallen namen toe. Elke man van het brigadehoofdkwartier bleek nodig bij de verdediging van de kleine perimeter om de noordkant van de Rijnbrug heen. Het plan om Musis Sacrum te gebruiken als commandopost moest dus worden opgegeven.
Op dinsdagmiddag 19 september gebruikten de Duitsers hun Wehrmachtsheim voor het eerst als geïmproviseerde gevangenis. Britse parachutisten die ’s ochtends waren gevangen genomen in de buurt van het Roermondsplein en de Boterdijk werden afgevoerd naar Musis Sacrum om te worden ondervraagd.
Twee dagen later, in de namiddag van 21 september, werden alle Britse officieren die rond de Rijnbrug waren gevangengenomen, afgemarcheerd van de St. Eusebiuskerk naar Musis Sacrum. De volgende ochtend werden ze verder gestuurd naar de villa Bene Sita in Velp, waar de Duitsers pas begonnen met het registreren van hun krijgsgevangenen.

Britse krijgsgevangen in Arnhem worden afgemarcheerd naar het Musis Sacrum.

Onze groep voor het Musis Sacrum
Utrechtsestraat
In Arnhem begint de Utrechtsestraat. Dat is een kort stukje, maar wel met een heftige geschiedenis. Ten eerste is daar het gebouw waarin tijdens de bezetting de Sicherheitsdienst (SD) was gehuisvest. In deze periode werden in de kelders gevangenissen gebouwd en een groot aantal mensen werden hier gemarteld op verdenking van betrokkenheid bij verzetsactiviteiten. Vaak waren de ondervraagten onschuldig. Een steenreliëf naast de ingang herinnert hieraan.




Ook aan de Utrechtsestraat is deze foto bekend tijdens de Slag om Arnhem, waar gesneuvelde Britse millitairen op straat liggen. De Utrechtsestraat gaat op de foto rechts, die ik heb genomen, over in de Utrechtseweg ter hoogte van de boog over de rijbaan.
Utrechtseweg

Oprukkende Britse militairen op de Utrechtseweg


Aan de Utrechtseweg het Museum voor Moderne Kunst. Ook in 1944 was het een museum en hier zijn de bekende foto's gemaakt van oprukkende Duitse soldaten die de Britten terugdringen richting Oosterbeek



Het opmerkelijke verhaal van Fritz Brosch (IV Stabsbatterie/Artillerie Regiment 344), die zich verveelde tijdens de slag om Arnhem. Hij was 18 jaar en gefreiter bij de Wehrmacht en was vanuit Normandië naar Arnhem gegaan. Hij verbleef op een boerderij buiten de stad. Toen de landing plaats vond zag hij heel veel parachutisten. Hij werd als telefonist ingezet, maar bleef op afstand van het strijdtoneel. Dan moest hij naar de overkant van de Rijn en kwam terecht op het terrein van de Arnhemse Stoomsleephelling Maatschappij. Hij moest camouflagenetten herstellen en verveelde zich verder. Hij verbaasde zich over het gebrek aan vechtlust bij zijn kameraden.
Verder hoorden we het verhaal van Fred Marré, Siegfried Lünenschloß en Manfred Gregolo die aan de zuidzijde van de rivier vochten. Deze mannen behoorden tot de Reichs Arbeitsdienst. Ze zaten in hun stelling mer Flakbatterie aan de zuidzijde van de Nederrijn, pal tegenover de gevangeniskoepel aan de noordoever. De stellingen werden gebombardeerd en deze drie mannen vroegen zich alleen maar af hoe ze dit konden overleven.


Vanaf de Rijnkade hadden we zicht op de gevangeniskoepel.

Onze gids Ingrid Maan bij het stuk geschut dat staat opgesteld bij de John Frostbrug in Arnhem

We krijgen van haar man Arno Maan uitleg over de strijd die de Duitsers tegen de Britse Airbornes leverde rond de John Frostbrug.




En tenslotte het verhaal van Karl-Heinz Henschel die na de Reichsarbeitsdienst naar de Waffen SS in Zuid-Frankrijk moest en later naar het front in Normandië. Daar moest hij gewonden uit vrachtwagens halen. Op de terugtocht kwam hij met de 9e SS Panzer Division 'Hohenstaufen' terecht in Arnhem.


Op 19 september 1944 raakte hij betrokken bij de gevechten op de Utrechtsestraat bij het gemeentemuseum en het St Elisabeths Gasthuis. Hij nam zijn toevlucht onder een balkon, maar kwam onder vuur te liggen. Er vielen veel doden, maar hij en zijn kameraad wisten het gevecht te overleven. Die avond werd hij naar Oosterbeek gestuurd. Tijdens de belevenistour Oosterbeek van DNG40-45.nl die ik maakte in 2012 hoorde ik ook al van de belevenissen van Henschel, maar dan in Oosterbeek.

We werden geattendeerd op het enige vrouwenmonument in Arnhem, dat herinnert de inwoners van Arnhem aan alle vrouwen die door hun strijd en vastberaden houding een belangrijke rol hebben gespeeld in het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog

Het monument
Vorm en materiaal
Het monument ‘De vrouw in oorlogstijd’, oorspronkelijke titel van het werk ‘Eerst de Vrouw’ in Arnhem is een gestileerd, hardstenen beeld van een staande vrouwenfiguur met opgeheven hoofd. Het beeld is geplaatst op een voetstuk. Het gedenkteken is 5 meter hoog, 80 centimeter breed en 70 centimeter diep.
Tekst
Op het voetstuk is het gedicht ‘De vrouwen in de oorlog’ van Reinold Kuipers aangebracht. Dit gedicht belicht de offers die de vrouwen in de bezettingsjaren brachten.
Symboliek
De staande vrouwenfiguur met het opgeheven hoofd symboliseert de onverzettelijkheid tegenover de bezetter.
Wijziging
Oorspronkelijk stond het gedenkteken op de Sonsbeektentoonstelling in 1949.
De geschiedenis
Het monument herinnert de inwoners van Arnhem aan alle vrouwen die door hun strijd en vastberaden houding een belangrijke rol hebben gespeeld in het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Onthulling
Het monument is onthuld in 1949.
Locatie
Het monument is geplaatst tegenover het PGEM-gebouw, gelegen aan de Utrechtsestraat te Arnhem.

Op aanraden van onze gids heb ik mijn boekencollectie uitgebreid met de volgende twee boeken:

