De John Frostbrug bij Arnhem. De brug die in 1944 A Bridge too Far bleek.
Operatie Market Garden
17-25 september 1944.
De bruggen over de Waal bij Nijmegen. Vooraan de brug dat het doel was van de Amerikaanse 82nd Airborne Division om de weg vrij te maken voor het Britse 30ste Legerkorps om via Nijmegen op te rukken naar de brug bij Arnhem om daar de Britse airbornes van John Frost te hulp te komen. Verderop geleden de spoorbrug en vervolgens de nieuwe brug 'De Oversteek' op de locatie waar in 1944 de Amerikaanse para's met rubberboten al roeiend onder zwaar Duits vuur de Waal overstaken om aan de andere oever vervolgens op te rukken naar de Waalbrug, die uiteindelijk in Amerikaanse handen kwam.
Het doel van operatie Market Garden was om via de bruggen bij Son over de Maas, bij Nijmegen over de Waal en Arnhem over de Rijn door te stoten naar Duitsland om een omtrekkende beweging langs de Siegfriedlinie te trekken naar het Ruhrgebied, het industriële hart van Nazi-Duitsland. De geallieerden hoopten nog voor de kerst de oorlog te beëindigen.
Operatie Market Garden was een geallieerd offensief gericht tegen nazi-Duitsland in september 1944, tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog. De operatie, gekenmerkt door een ruime inzet van luchtlandingstroepen om strategische bruggen op Nederlands grondgebied te veroveren, was uiteindelijk een mislukking doordat de cruciale brug bij Arnhem niet kon worden behouden.
De Britse veldmaarschalk Bernard Montgomery pleitte er tijdens de opmars vanuit Normandië, waar de geallieerden op D-day in het bezette Frankrijk geland waren, voor om het hele Duitse hoofdfront, dat hij al verslagen achtte, van het noorden uit te omvatten door de rivieren Maas, Waal en Nederrijn in Nederland te overschrijden. Na enige twijfel ging opperbevelhebber generaal Dwight D. Eisenhower, op 10 september akkoord met dit gewaagde plan.
Market Garden bestond uit een grootschalige luchtlandingsoperatie (Market) en een grondoffensief vanuit België (Garden). Britse, Poolse en Amerikaanse luchtlandingstroepen zouden belangrijke bruggen over Nederlandse rivieren nemen, waarna grondtroepen over deze bruggen snel zouden kunnen doorstoten naar het IJsselmeer.[2] Dat zou de Duitse troepen in het westen van Nederland afsnijden waarna men naar het oosten zou oprukken tot in het Ruhrgebied, het industriële hart van Duitsland.[2] Zo werd de gevreesde Westwall, de fortificatiegordel tussen Frankrijk en Duitsland, omzeild.
Het plan was zeer ambitieus en een snelle uitvoering was wezenlijk voor succes. Het Britse 30e Legerkorps (XXXe), onder leiding van luitenant-generaal Brian Horrocks, moest oprukken vanuit het noorden van België en binnen drie dagen Arnhem bereiken, waarbij alle tussengelegen bruggen onbeschadigd in geallieerde handen moesten vallen. De Amerikaanse 101e Luchtlandingsdivisie, onder leiding van generaal-majoor Maxwell D. Taylor, had de taak de bruggen tussen Eindhoven en Veghel veilig te stellen. De andere Amerikaanse luchtlandingsdivisie, de 82e Luchtlandingsdivisie onder leiding van brigade-generaal James Gavin, kreeg de opdracht om de bruggen tussen Grave en Nijmegen te veroveren. De Britse 1e Luchtlandingsdivisie, onder leiding van generaal-majoor Roy Urquhart, moest de bruggen over de Nederrijn bij Arnhem innemen. De Poolse 1e Onafhankelijke Parachutistenbrigade, onder leiding van generaal-majoor Stanisław Sosabowski, ondersteunde uiteindelijk de Britten bij Oosterbeek vanaf de zuidoever van de Nederrijn.
Op 17 september verliepen de eerste luchtlandingen op zich zonder veel problemen. Meteen was er echter een aantal tegenslagen. De Britse landingszone lag ver ten westen van Arnhem en maar één bataljon bereikte de brug. De Amerikanen, landend bij Groesbeek, lieten na om direct de brug bij Nijmegen te veroveren. De brug bij Son werd door de Duitsers opgeblazen. Het XXXe Legerkorps pauzeerde in de avond bij Valkenswaard. Pas in de ochtend van 19 september was een nieuwe brug geslagen bij Son. Meteen rukte een Britse tankdivisie op naar Nijmegen, maar daar bleek de brug nog steeds niet veroverd. Dezelfde dag poogden de Britten, versterkt door nieuwe landingen, langs de rivier naar de brug van Arnhem door te breken maar werden vernietigend teruggeslagen door een samenraapsel van kleine Duitse eenheden. De landingszones gingen verloren en de restanten van de 1e Luchtlandingsdivisie verschansten zich in Oosterbeek. Op 20 september staken de Amerikanen op bootjes de Waal over en werd de brug van Nijmegen veroverd. Het bleek al te laat: die dag moest het omsingelde bataljon in Arnhem de brug weer opgeven. Op 21 september landde de Poolse brigade te Driel maar de hoop Oosterbeek als een alternatief bruggehoofd over de Nederrijn te gebruiken bleek niet reëel. De Britten daar stonden op instorten en de aanvoer via de corridor werd steeds door Duitse flankaanvallen verstoord. Op 24 september werd de operatie afgeblazen en tijdens de nacht van 25 op 26 september werden de laatste tweeduizend man uit Oosterbeek over de rivier geëvacueerd.
Vanwege Operatie Market Garden liet Montgomery na Zeeland snel te bezetten zodat in de moeizame Slag om de Schelde de toegang naar de wezenlijke aanvoerhaven Antwerpen veiliggesteld moest worden. De Duitsers kregen zo de tijd de Slag om de Ardennen voor te bereiden. Uiteindelijk leidde de mislukking dus tot een vertraging van een half jaar voor de geallieerde opmars in het westen. Het noorden en westen van Nederland werden in 1944 niet bevrijd en zouden lijden onder de hongerwinter.
Sinds 2004 zijn wij van ARS Website lid van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum en hebben deelgenomen aan talrijke battlefield tours in de omgeving van Arnhem en Oosterbeek. Ook hadden we wandelingen in en rond Oosterbeek. Toen de Britse Airbornes zich moesten terugtrekken uit Arnhem op Oosterbeek ontstond rond deze plaats een zogeheten perimeter. We volgden de grens van deze perimeter en hoorden de indrukwekkende verhalen over wat zich toen heeft afgespeeld in dit gebied. We leerden de deskundige gidsen Wybo Boersma en Robert Voskuil kennen. Wybo Boersma was de voormalige directeur van het Airborne Museum en met hem maakten we tours rond Arnhem en Oosterbeek, maar ook naar Normandië. Robert Voskuil vertelde over de hevige gevechten in Oosterbeek waar zijn zwangere moeder Bertje, vader en broertje schuilden in de kelder op de Annastraat 2 voor de granaten van de Duitse bezetter.