18-8-2025 Nationaal Openluchtmuseum Arnhem

Op maandag 18 augustus 2025 bezochten we het Openluchtmuseum in Arnhem, samen met onze dochter en schoonzoon. We ontmoetten elkaar bij de ingang rond elf uur. Na eerst genoten te hebben van koffie en gebak maakten we een rondwandeling over het terrein, dat begon in de Jordaan, nagebouwd op het terrein van het openluchtmuseum. We bezochten eerst het voorste gedeelte van het terrein en toen namen we de tram naar het achterste gedeelte. We zagen mooie oude boerderijen en ambachten maar ook nog een Drentse plaggenhut. Het viel ons op hoe klein mensen vroeger geweest moeten zijn. Kleine bedden en lage deurposten. Een andere keer zullen we het middendeel bezoeken, het Zaanse gedeelte. Maar zover kon ik helaas die dag niet lopen.

Onze dochter Esther op een Amsterdamse bakfiets

Natuurlijk mag de graffiti niet ontbreken

Elly & Esther voor een leuk huisje

Zo zag vroeger een postkantoor er uit

Stelmakerij, waar wagenwielen worden gemaakt




Barak kamp Schattenberg




Liefdevolle verpleging in een tbc-huisje (gegenereerd met AI)

Vroeger had je nog een hooiberg bij de boerderij. Weet ik me nog goed te herinneren.





Ik kan me nog herinneren dat zulke trams in Den Haag reden

Mijn vrouw voor zo'n typisch Groningse Herenboerderij afkomstig uit Beerta

Het zag er toch wel rijkelijk uit in zo'n Groningse Herenboerderij



De ruimte voor het bedieningspersoneel

De afdeling wasserij. Alles gebeurde met de hand


Aanbrengertje Langweer, ca 1850. In het natte Noord-Hollandse Waterland zorgen kleine molentjes er vanaf de eerste helft van de 19e eeuw voor dat de waterstand op peil blijft. De molentjes pompen water uit de lager gelegen sloten naar hogere sloten. Ze worden daarom aanbrengertjes genoemd. Sommige aanbrengertjes vinden later hun weg naar Friesland. Zoals dit exemplaar uit ongeveer 1850 dat in de Eerste Wereldoorlog uit de Wormer verhuist naar het Friese Langweer. In Friesland worden de molentjes dan ook Hollandse molentjes genoemd. De techniek is even eenvoudig als effectief: de wieken drijven een houten centrifugaalpomp aan die water omhoog pompt. Een klep voorkomt dat het water terugloopt. En de grote staart van het molenhuis houdt de wieken op de wind.

Ook aan aantal ooms en tantes uit mijn familie emigreerden eind jaren '50, begin jaren '60 naar Canada. Grappig dat ze hier in het Openluchtmuseum aandacht aan besteden.












Zuivelfabriek Freia
De particuliere zuivelfabriek werd opgericht door Mindert Bokma de Boer (1847-1909), een bekend pionier op agrarisch gebied. In 1874 had hij een reis gemaakt door Denemarken. In dit land waren reeds zuivelfabrieken.
In 1878 werd met de bouw van de fabriek in Veenwouden begonnen en in september 1879 volgde de opening van Freia. Het was een fabriek die gebruik maakte van stoomaandrijving. Na enkele jaren met verlies te hebben gedraaid werd de fabriek in 1882 eigendom van Hero Brouwer uit Joure. In 1890 werd de fabriek verkocht aan Gentius Wybrandi, die in 1905 kwam te overlijden. De nieuwe eigenaar werd Klaas Anema. In 1918 werd de fabriek aangesloten op het elektriciteitsnet. In 1919 had het bedrijf meer dan vijftig werknemers in dienst en was daarmee een van de grootste zuivelfabrieken in Friesland.
De familie Anema bleef tot 1969 eigenaar van het bedrijf. Het zuivelbedrijf in Winschoten dat de fabriek overnam beëindigde de productie na een korte periode echter al in 1970. Het bedrijfsarchief is in bewaring bij Tresoar.
Nederlands Openluchtmuseum
In 1991, ruim twintig jaar na de sluiting, werd het oudste deel van de fabriek afgebroken en in het Nederlands Openluchtmuseum te Arnhem herbouwd. De fabrieksschoorsteen mocht herbouwd worden op voorwaarde dat deze niet boven de bomen in het museum uit zou steken. De originele schoorsteen van Freia was met zijn 30 meter hiervoor onbruikbaar. Daarop werd besloten om een lagere schoorsteen van een andere fabriek te herbouwen, die ca. 17 meter hoog is.











